Jezelf zorgen maken over voldoende middelen om alles te doen wat je wilt, lijkt bijna een volksziekte geworden. Net als je zorgen maken over je gezondheid en over hoe je eruit ziet. Verder komt in ieders top 10 voor: gelazer, in welke vorm dan ook, in relaties. Ongeacht of dat intieme relaties zijn, partner, kinderen en/of ouders; vrienden en kennissen; collega’s of zakelijke relaties of onbekenden waar je in de dagelijkse routine last van hebt, zoals verkeersdeelnemers of winkelpersoneel.
De omstandigheden van je leven veranderen, blijkt echter kinderspel. Vrijwel letterlijk. Als je nu naar de omstandigheden van je leven kijkt, zitten daar vast wel een paar aspecten bij waarvan je ‘deep down’ wel vindt dat die beter kunnen. ‘Deep down’ omdat ik zie dat er nogal wat mensen zijn die vinden dat ze behoren te vinden dat ze volkomen tevreden zijn met hun leven, maar stiekem toch vinden dat anderen beter af zijn.
Hoe zou je leven er uit zien als:
– Je echt nooit meer geldzorgen had;
– Al jouw relaties energiegevend en harmonisch zijn;
– Je optimaal vitaal en energiek bent;
– Je jouw werk ervaart als een bezigheid waardoor jij jezelf kunt blijven ontwikkelen, waardoor jij je werk altijd als inspirerend ervaart en soms bijna bloost dat je daar nog geld voor krijgt ook?
Als ‘how to’-onderzoeker, zou ik dit niet durven schrijven als ik er niet inmiddels van overtuigd zou zijn dat iedereen, jij ook, in staat is om die omstandigheden die niet helemaal of helemaal niet in orde te zijn te veranderen. Sterker nog, het is eenvoudiger en kan sneller dan je nu misschien nog denkt.
Hoe het in elkaar zit:
Voordat je drie jaar oud bent, heb je de tekening van hoe je leven er uit zal gaan zien al klaar. De basis van deze tekening krijg je van je ouders. Het genetisch materiaal dat zij ter beschikking stelden voor wat je nu ‘ik’ noemt. Daar komen dan wat impressies bij en zo rond je derde jaar, heb je al een redelijk gedetailleerde schets, die je vervolgens bent gaan verfijnen.
Deze blauwdruk is het resultaat van je impressies en de betekenis die je die impressies hebt gegeven. Ten dele geef je deze betekenis zelf, ten dele is deze er al vanuit de overerving van je genetisch materiaal. (Hou er daarbij ook rekening mee dat je ouders hun DNA ook weer van anderen hebben gekregen). Het resultaat is dat je er op jouw manier gelooft dat jij en de rest de wereld en schepping, twee verschillende ‘dingen’ zijn. De wereld is imperfect, ontoereikend en bedreigend en jij moet je daartegen wapenen en zien dat je het overleeft. Er is een ‘ik’ en een ‘niet-ik’ waarbij alles dat buiten mijn lichaam en mijn gedachten is, als ‘niet-ik’ wordt ervaren. Als gevolg daarvan creëer je een geloofsysteem, waarvan de kern bestaat uit een aantal ideeën over jezelf. De ideeën van toen vind je nu terug als hoe je omstandigheden eruit zien. Het komt er op neer dat je leven er nu uitziet zoals je op driejarige leeftijd meende dat ‘de wereld’ in elkaar zat. (It’s time to grow up, isn’t is?)
Je geloofsysteem bestaat uit alle betekenissen die jij alle impressies hebt gegeven. Deze ontstaan door een samenwerking van een (mentaal) idee of plaatje en een (emotioneel) gevoel. Samen zorgen deze voor iets dat je als kenmerk van jezelf ziet, je ego. Dit construct wordt vastgelegd in de corresponderende delen van je hersensysteem: de kleine hersenen, de amydala en het reptielenbrein. Aangezien dit geheel zo’n 30.000 keer sneller werkt dan je bewuste brein, zul je ‘als vanzelf’ vrijwel de hele dag bezig zijn om de tekening die je als driejarige hebt gemaakt, verder in te kleuren.
Vrijwel de hele dag ben je bezig om datgene te creëren waar je als peuter in geloofde. Met als gevolg dat je bezig bent om een wereld te creëren waarvan de pijlers gemaakt zijn van het geloof in gebrek, ontoereikendheid en imperfectie. Sta dan nu ook niet verbaast te kijken als iets waar je als kind in geloofde een rode draad in je leven blijkt te zijn geworden. Stel dat je geloofde dat je alles in je leven kon bereiken als je er maar heel erg je best voor deed, of dat je geloofde dat er iets aan jou mankeerde omdat je anders was, of dat je geloofde dat anderen toch veel beter waren dan jij of dat je geloofde dat vreemde mensen gevaarlijk waren, of dat je geloofde dat iets niet kon omdat er geen geld voor was, of dat je geloofde dat…
Het maakt niet uit waar je in geloofde. Als er nu omstandigheden in je leven zijn waar je niet volkomen tevreden over bent, kan er geen andere conclusie zijn dan dat je in iets gelooft dat voor jou niet werkt. Je zult dan op zoek moeten naar het idee over jezelf dat bezig is om dit geloof gestalte te geven, in combinatie met het gevoel dat daarbij hoort. Onprettige gevoelens als zorgen, stress, frustratie, onzekerheid, schaamte, angst of jalousie zijn een uitstekende indicatie dat iets in je leven niet gaat zoals het behoort te gaan.
Gebruik het onprettige gevoel om daar een ‘ikje’ een deel van jezelf, bij te vinden die vind dat de omstandigheden, hoe vervelend ook, wel kloppen. Dit zijn ‘ikjes’ die graag ‘gelijk’ krijgen. Veel voorkomende ikjes, die altijd beginnen met “zie je wel”, zijn: je had beter je best moeten doen; je bent niet attent genoeg voor anderen geweest; je bent niet goed genoeg; niemand kan van je houden; je mag er niet zijn; je bent waardeloos; je wordt niet gezien; je kunt anderen niet vertrouwen; etc.
Transformatie, het uitgummen en opnieuw intekenen van hoe jij wilt dat de omstandigheden van jouw leven eruit zien, is dan niet veel moeilijker meer dan bedenken hoe jou leven er uit zou zien als je gelooft dat je perfect bent zoals je bent, je alles moeiteloos kunt krijgen wat je verlangt en je omgeving blij en dankbaar is voor wat jij hebt te bieden.
Het begint bij: stop met “Being negative” – Hou op met klagen over anderen of over je omstandigheden, hou ook op met het idee dat jij anderen iets verschuldigd bent of anderen jouw iets verschuldigd zijn’, hou vooral op met je af te vragen ‘wat anderen er wel niet van zouden kunnen denken’. verwelkom al je ‘nare’ gevoel als uitnodiging om dat stukje van je tekening te vinden dat je wilt uitgummen en opnieuw wilt maken.
Voor sommigen blijkt het toch soms wat lastig om ‘hoe je over jezelf wilt denken’ ook werkelijk te geloven. Dit heeft te maken met de emoties die gekoppeld zijn aan de oude, maar onbruikbare, ideeën. Hulp van buitenaf, is dan wel handig en aan te raden. Of zoals je me wel vaker hebt horen zeggen: “ik heb daar wel een oefening voor”
[facebook] [retweet]